Een beleggingsfonds kan worden gezien als een ‘verzamelpunt’ voor beleggers. Als je in een beleggingsfonds belegt, dan laat je als het ware je geld voor je beleggen door een fondsbeheerder/fondsmanager. Een beleggingsfonds wordt ook wel omschreven al een mandje met aandelen of dergelijke beleggingsinstrumenten. Een fondsmanagers team analyseert de beurs en beslist op basis daarvan of ze producten voor het fonds verkopen of kopen.
Beleggingsfondsen hebben aandelen, obligaties of andere producten van meerdere bedrijven in hun portefeuille. Als je dus via een broker in een dergelijke fonds investeert, dan investeer je automatisch in meerdere bedrijven. Het voordeel van spreiding is dat als je één slecht aandeel hebt het geen invloed heeft op je andere aandelen wat belangrijk is bij een goede beleggingsstrategie. Uiteraard is het andersom ook dat uitschieters beperkte invloed hebben op je totale resultaat.
De fondsbeheerder bepaalt als enige de samenstelling van het fonds en bepaalt welke aandelen het fonds moet kopen, zelf heb je hier geen invloed op. Je kunt via het uitgekeerde dividend, de winstuitkering die de ondernemingen in het fonds storten het rendement op een belastingfonds behalen. Daarnaast is het ook mogelijk om dit te behalen via de koersrendement.
In de grote lijnen zijn er vier soorten beleggingsfondsen te onderscheiden, namelijk:
Voordelen:
Nadelen: